Nummer: 23
Truuk: Hoofdbolk
Aantalpersonen: 2
Niveau: Gevorderd
Truuk uitleg: B legt O neer en plaatst zijn handen vlak boven de knie?n van O. B buigt verder voorover en O plaatst zijn handen op het hoofd van B. Hij plaatst zijn handen als volgt: duimmuizen tegen elkaar, palmen op de kruin, duimen naar de achterzijde van het hoofd wijzend en de vingers in de richting van de oren. O en B strekken allebei hun armen B houdt zijn nek strak met zijn kin naar zijn borst en springt in de bolk. Om hoofd en nek te ontlasten kan hij meer dan bij een gewone bolk op zijn armen steunen. De zijwaartse stabiliteit is bij deze bolk moeilijker dan bij de gewone. Daarom moet O het hoofd van B zo goed mogelijk op de plaats houden. Als B stabiel staat strekt hij de benen.
Bijgedragen door: Uit "Akrobatiek" van Gerard en Benny Huisman