Nummer: 115
Truuk: Bolk hoog met drieen
Aantalpersonen: 3
Niveau: Ervaren
Truuk uitleg: Deze truk voer je uit met twee onderpersonen, O1 en O2, en met een bovenpersoon. B staat bij O1 op de schouders. O2 gaat tegenover O1 staan. O1 legt zijn armen gestrekt op de schouders van O2, die zijn armen schuin omhoog strekt. B legt zijn schouders in de handen van O2, zoals voor de bolk op knieen, en pakt de bovenarmen van O1. B strekt zijn armen, springt in de bolk en steunt op O1 en O2. B strekt nu zijn benen. Voor deze truk is het handig als O1 even lang of langer is dan O2 mar niet korter, omdat anders de insprong naar de bolk voor B moeilijk is. Grote lengteverschillen worden gekorrigeerd door de benen iets meer of minder te buigen.
Bijgedragen door: Uit "Akrobatiek" van Gerard en Benny Huisman