Nummer: 56
Truuk: Omtrek
Aantalpersonen: 2
Niveau: Gevorderd
Positie van de onder: staand
Truuk uitleg: O legt B neer. B brengt zijn benen omhoog. O pakt de enkels van B vast. B houdt zijn benen ontspannen en plaatst zijn handen met de palm op de grond zo dicht mogelijk naast zijn hoofd. O beweegt de benen van B iets naar beneden, om de beweging aan te geven, en trekt ze daarna omhoog. In deze beweging werpt B zijn bekken en benen zo hoog mogelijk boven zijn handen. O brengt de benen van B zo hoog mogelijk en werpt ze daar van zich af. B duwt zich krachtig uit met zijn handen om zijn bovenlijf zo hoog mogelijk te krijgen. Op het hoogste punt hoekt B in zijn heupen. B komt op zijn benen terecht.
Bijgedragen door: Uit "Akrobatiek" van Gerard en Benny Huisman