Nummer: 159
Truuk: Radslag in de armen
Aantalpersonen: 2
Niveau: Gevorderd
Truuk uitleg: B en O staan frontaal naast elkaar en geven elkaar de handen overkruisd aan. B Heeft de onderste hand tegen de heup liggen. B zet aan voor de radslag en duikt over de onderste en onder de bovenste arm zijwaarts met de schouders in de armen van O. B zwaait het ene been op en zet af met het andere. B blijft rechtop en draagt B aan de armen terwijl hij vanuit de benen het gewicht helpt verplaatsen. Als B de grond raakt laat O de bovenste hand los. Beiden eindigen weer frontaal naast elkaar.
Tips voor de vangers: Ivm. rondzwaaiende benen is vangen niet aanbevolen. De oefening kan in het begin heel langzaam, en wat meer op kracht, worden gedaan om een idee te krijgen van hoe het zal gaan. Belangrijk is dat het gewicht boven O blijft omdat ander de kans bestaat dat B uit de handen van B valt. De gewone gestrekte radslag is een vereiste vooroefening.
Variaties: Dit kan ook met een aanloop. Eventueel ook meteen terug, maar let op de handen moeten dan worden overgepakt zodat de onderste hand weer op de heup van Boven ligt.
Bijgedragen door: hugo@truuk.nl